top of page

Leerlingenzorg

 

Elke leerkracht maakt aan het begin van het jaar een groepsplan, een pedagogisch groepsoverzicht en een didactisch groepsoverzicht. Dit doet de leerkracht met gegevens van het vorige jaar en de groepsoverdracht. Dit zodat de leerkracht meteen kan starten met extra hulp of uitdaging en niet wacht tot de herfst. Het groepsplan wordt besproken met de intern begeleider op school.  De IB-er is degene die het proces  van de zorg voor de hele school in de gaten houdt. Mocht de IB-er nog tips hebben, dan gaat ze het samen met de leerkracht aanpassen. De leerkracht werkt 10 weken aan het groepsplan. Mocht er een leerling tussen zitten die niet mee kan doen met de doelen van de subgroepen, dan krijgt deze leerling een eigen handelingsplan. Dit handelingsplan wordt samen met de IB-er en de RT-er opgesteld. Ouders worden hierover ook geïnformeerd, zodat zij betrokken blijven bij de ontwikkeling van hun kind. Het handelingsplan wordt daarbij ook besproken met de leerling, zodat de leerling weet waar hij of zij zich de komende periode op zal gaan focussen. Dit kan zowel didactisch als pedagogisch zijn. Wanneer het gestelde doel na 10 weken niet behaald is, wordt er een externe ingeschakeld. Dit kan de RT-er of de orthopedagoog zijn. Een orthopedagoog houdt zich bezig met opvoedings- en ontwikkelingsproblemen in een gezin, kinderen met leer- of gedragsstoornissen. (Forrer, z.d.). Een remedial teacher (RT-er) houdt zich vooral bezig met het individuele kind. Zij toetst op aanvraag van de leerkracht of de ouders de leerlingen, ontwerpt in samenwerking met de groepsleerkracht handelingsplannen en onderhoudt contacten. Ook zal de RT-er bepaalde kinderen begeleiding geven in de vorm van extra oefeningen in een 1 op 1 situatie. (Alkema, 2006) Er komt dan een gesprek tussen de leerkracht, IB-er, ouders en de desbetreffende deskundige. Ze stellen samen een plan op zodat het kind zich optimaal kan ontwikkelen.

 

Speciale zorg

Wij staan als school open voor kinderen met stoornissen, handicaps en belemmeringen. Dit doen wij alleen wanneer wij denken dat het kind hier echt iets kan leren en zich goed kan voorbereiden op de toekomst.  Dit gaat altijd in overleg met de IB-er, leerkracht en ouders.

Wij hebben in het schoolontwerp rekening gehouden met lichamelijke handicaps. Zo zijn er geen drempels, hebben wij grote deuren, een invalide toilet (beneden en boven) en een lift in het gebouw. Dit doen wij om kinderen met een lichamelijke beperking in hun eigen wijk onderwijs te laten volgen en zo de kans te geven om vriendjes en vriendinnetjes in de buurt te maken.

Doordat wij hiervoor open staan als school leren de leerlingen ook om voor elkaar te zorgen. Ook leren de kinderen dat er mensen zijn voor wie niet alles vanzelfsprekend gaat. Hier zullen ze in de maatschappij en de toekomst ook mee te maken krijgen. Het lijkt ons een een goede voorbereiding op de maatschappij.

Wel hebben wij een grens betreffende de zorg op de basisschool. De enige mogelijkheid is dan nog het zoeken van een andere school voor de leerling. Hiervoor bestaan procedures die de school zal moeten volgen. Wij vragen een verwijzing aan via het PCL. Dit is een toelatingscommissie die kijkt of het kind voldoet aan de criteria om kans te maken op een plek in het speciaal basisonderwijs. (Alkema, 2006)

 

 

bottom of page